NIEUWSBERICHT

Terug naar nieuwsoverzicht

11-03-2015

Bewaarplicht telecommunicatiegegevens ongeldig

Met het opstappen van de minister en staatssecretaris van Veiligheid en Justitie nog vers in het geheugen, heeft de voorzieningenrechter in Den Haag de Wet bewaarplicht telecommunicatiegegevens (Stb. 2009, 333) onverbindend verklaard.

Eerder al verklaarde het Hof van Justitie van de Europese Unie de Dataretentierichtlijn ongeldig (ECLI:EU:C:2014:238). Het materiële doel van deze richtlijn bestond erin te garanderen dat bepaalde gegevens beschikbaar zijn met het oog op de bestrijding van ernstige criminaliteit. Dat geldt bijvoorbeeld voor strafbare feiten waarvoor voorlopige hechtenis is toegestaan (misdrijven waarop een gevangenisstraf van ten minste vier jaar staat).

De Staat had aangegeven niet lichtvaardig over te gaan tot het opvragen van telecommunicatiegegevens, maar daarin is de rechter niet meegegaan: de mogelijkheid daartoe blijft op grond van de Wbt namelijk bestaan, terwijl er geen waarborgen zijn om de toegang tot gegevens daadwerkelijk te beperken tot hetgeen strikt noodzakelijk is voor de bestrijding van (enkel) ernstige criminaliteit. De toegang tot bewaarde gegevens is voorts niet onderworpen aan een voorafgaande controle door een rechterlijke instantie of onafhankelijke administratieve instantie. Het OM kan daartoe niet worden gerekend.

ECLI:NL:RBDHA:2015:2498.

Bijzonder aan de zaak was dat verzoekers, waaronder stichting Privacy First, het Nederlands Juristen Comité voor de Mensenrechten, de Nederlandse Vereniging voor Strafrechtadvocaten en de Nederlandse Vereniging voor Journalisten, de voorzieningenrechter primair hebben gevraagd de Wbt (of althans: de artikelen 13.2a, 13.2b en 13.4 van de Telecommunicatiewet) buiten werking te stellen.

 

© JuristenRijk